Blog

Een Japanse tuin is de perfecte plek om even helemaal tot rust te komen. Het geluid van kabbelend water, de geur van bloeiende bloemen en het groene mos zorgen direct voor een ontspannen gevoel. Je hoeft niet naar Japan te reizen om deze bijzondere tuinstijl te ervaren: er zijn ook bij ons prachtige voorbeelden van zo’n tuin te vinden, bijvoorbeeld in Hasselt en Den Haag.

Bijzondere kenmerken van een Japanse tuin

Een Japanse tuin ziet er vaak heel anders uit dan tuinen die we gewend zijn in Nederland of België. In deze tuinen draait het om eenvoud, balans en harmonie. Veel elementen hebben een symbolische betekenis. Zo staat een vijver vaak symbool voor de zee en zijn stenen niet zomaar keien, maar symboliseren ze bergen of eilanden. Je vindt er zeldzame bomen, zoals Japanse esdoorns die in de herfst prachtig rood kleuren, en planten als mos en bamboe. Paden van stapstenen leiden je langs mooie plekjes en houten bruggetjes. Er is altijd veel aandacht voor de manier waarop bomen en struiken gesnoeid zijn. Het geheel voelt fijn en rustig, zonder drukke kleuren of teveel versiering.

De Japanse tuin in Hasselt: groot en indrukwekkend

In Hasselt vind je de grootste Japanse tuin van Europa. Deze tuin is maar liefst 2,5 hectare groot en ligt op loopafstand van het centrum. Vanaf 1 maart tot en met 31 oktober kun je deze tuin bezoeken. Op maandag is de poort dicht, maar van dinsdag tot en met zondag ben je er welkom van 10:00 uur in de ochtend tot 17:00 uur in de middag. De tuin is bijzonder omdat bijna alle elementen echt uit Japan stammen. Er zijn traditionele poorten, lantaarns, bruggen en zelfs een authentiek theehuis. Kersenbomen bloeien er in het voorjaar, wat veel bezoekers trekt. Ook kun je er genieten van waterpartijen en stapstenen. Tijdens speciale evenementen kun je er zelfs theeceremonies meemaken of luisteren naar traditionele muziek.

• De tuin is 2,5 hectare groot.
• Ligt op loopafstand van het centrum.
• Open van 1 maart tot en met 31 oktober.
• Op maandag is de poort dicht; van dinsdag tot en met zondag van 10:00 tot 17:00 uur geopend.
• Bijna alle elementen stammen uit Japan: traditionele poorten, lantaarns, bruggen en een authentiek theehuis.
• Kersenbomen bloeien in het voorjaar.
• Geniet van waterpartijen en stapstenen.
• Tijdens speciale evenementen kun je theeceremonies meemaken of luisteren naar traditionele muziek.

De Japanse tuin in Den Haag: een zeldzame parel

In Nederland ligt een unieke Japanse tuin midden op het landgoed Clingendael in Den Haag. Deze tuin is wat kleiner dan die in Hasselt, maar minstens zo bijzonder. Hij bestaat al ruim honderd jaar en is beroemd vanwege de zeldzame planten. Je vindt er onder andere mossige heuvels, vijvertjes, kleine bruggetjes en oude lantaarns. Elk voorjaar en najaar gaat de tuin enkele weken open voor bezoekers. Dat is nodig om de kwetsbare planten en het zachte mos te beschermen. Wie geluk heeft, ziet in deze maanden de azalea’s en rododendrons volop in bloei staan. De tuin trekt ieder jaar mensen uit het hele land die komen genieten van het zachte licht, het frisse groen en de speciale sfeer.

• Gelegen midden op landgoed Clingendael in Den Haag.
• Kleiner dan Hasselt, maar minstens zo bijzonder.
• Bestaat al ruim honderd jaar en is beroemd vanwege zeldzame planten.
• Mossige heuvels, vijvertjes, kleine bruggetjes en oude lantaarns.
• Elk voorjaar en najaar gaat de tuin enkele weken open voor bezoekers om kwetsbare planten en mos te beschermen.
• Wie geluk heeft ziet azalea’s en rododendrons volop in bloei.
• Trekt jaarlijks mensen uit het hele land die genieten van het zachte licht, het groene gevoel en de speciale sfeer.

Waarom mensen zich ontspannen in een Japanse tuin

De rust van een Japanse tuin werkt heel goed tegen stress. Dat komt deels door de prachtige natuur, maar ook door het ontwerp. Alles is netjes en met aandacht geplaatst. Er zijn plekjes om stil te staan en te kijken naar het water, de bloemen, of de stenen paden. Veel mensen komen hier om even weg te zijn uit de drukte van de stad. Het zachte geluid van water, de wind door de bomen en het gezang van vogels maken het extra fijn. Tuinen als deze nodigen uit om te wandelen, te mediteren of gewoon even te zitten. Sommige bezoekers nemen een boek mee, anderen maken foto’s of tekenen wat ze zien. Voor kinderen zijn er spannende paadjes, bruggetjes en grote kleurrijke vissen in de vijvers.

Japanse tuin inspiratie voor thuis

Het mooie aan deze tuinstijl is dat je hem thuis in het klein kunt nabootsen. Een hoekje in de achtertuin met wat mos, keien en een klein boompje maakt meteen een rustige sfeer. Je kunt kiezen voor een waterbak of een klein vijvertje, planten als bamboe of varens, en misschien zelfs een kleine lantaarn neerzetten. Kies subtiele kleuren en zorg voor ruimte tussen planten en stenen. Denk ook aan een kronkelend pad van stapstenen. Zo maak je van je eigen tuin een plek waar je net als in Hasselt of Den Haag even helemaal tot jezelf kunt komen.

Veelgestelde vragen over Japanse tuinen

• Wat is het beste seizoen om een Japanse tuin te bezoeken?

  De mooiste tijd om een Japanse tuin te bezoeken is meestal het voorjaar wanneer de kersenbomen bloeien of het najaar als de bladeren rood kleuren.

• Waar vind ik de grootste Japanse tuin in Europa?

  De grootste Japanse tuin van Europa ligt in Hasselt, België. Deze tuin is het hele voorjaar, zomer en begin van de herfst open voor bezoekers.

• Waarom zijn Japanse tuinen af en toe gesloten voor het publiek?

  Japanse tuinen zijn soms dicht om kwetsbare planten of mos te beschermen. Ook wordt er dan gewerkt aan onderhoud zodat de tuin mooi blijft voor bezoekers.

• Kun je een Japanse tuin bezoeken met kinderen?

  Een Japanse tuin is leuk en geschikt voor kinderen. Er zijn vijvers met vissen, bruggetjes en stapstenen die het extra spannend maken voor jonge bezoekers.

• Is het mogelijk om in een Japanse tuin thee te drinken?

  In sommige Japanse tuinen staat een theehuis waar soms traditionele thee-ceremonies worden gehouden. In Hasselt kun je tijdens speciale dagen soms zo’n ceremonie bijwonen.

Het juiste plantmoment voor lavatera

Het voorjaar is de beste tijd om lavatera te planten. De grond begint dan op te warmen en nachtvorst komt minder vaak voor. Dit gebeurt meestal vanaf eind april tot half mei, als er geen kans op nachtvorst meer is.

Je kan jonge planten uit een tuincentrum kiezen of zelf zaaien. Zelf zaaien kan al eerder binnen, vanaf maart, zodat de plantjes sterk genoeg zijn voor de buitenlucht na de ijsheiligen. Wie liever uit stek werkt, doet dit ook in het voorjaar. Op die manier krijgen de jonge planten genoeg tijd om te groeien voor de zomer begint en de bloei op gang komt. Lavatera groeit snel als de dagen langer en lichter worden, dus een vroege start helpt echt.

De beste plek en grondsoort voor lavatera

Een zonnig stukje in de tuin zorgt voor de mooiste bloemen. Lavatera verlangt veel licht en doet het vooral goed op een plek waar minimaal zes uur zon per dag schijnt. De grond mag niet te nat zijn, want natte voeten vinden deze planten niet fijn. Het is beter als de grond water doorlaat en niet te veel voeding bevat. Door een beetje compost of oude potgrond door de aarde te mengen, maak je het plantbed klaar. Lavatera stelt weinig eisen, maar op zware klei voelt de plant zich minder thuis. Kies dan voor een verhoogd bloemperk of voeg wat zand toe aan de grond. Door de juiste plek te kiezen bij het planten, kan de lavatera goed ontwikkelen en de hele zomer blijven bloeien.

Verzorging voor een lange en rijke bloei

Met weinig verzorging groeit lavatera uit tot een echte blikvanger. Regelmatig water geven is belangrijk, zeker als het een tijdje niet regent. Let op: één keer per week veel water dan elke dag een beetje. Zo stimuleer je de wortels om diep te groeien. Knip af en toe uitgebloeide bloemen weg. Dan maakt de plant nieuwe knoppen en geniet je langer van de bloei. In het voorjaar kun je de lavatera licht terugsnoeien, zo blijft de plant fris en vol. Gebruik geen extra mest, daar houdt lavatera niet van. Laat de plant in het najaar met rust, zodat hij kan rusten tot de volgende lente.

Lavatera zaaien en stekken voor meer planten

Wie meer lavatera’s in de tuin wil, kan eenvoudig zaaien of stekken. Zaden van lavatera zaai je vanaf maart in een bakje binnenshuis. Zet ze op een lichte, warme plek zonder directe zon. Na een paar weken komen de jonge plantjes omhoog. Als de kans op vorst voorbij is, mogen ze naar buiten. Zet ze niet direct in de volle zon, laat ze langzaam wennen aan het buitenleven. Lavatera stekken doe je door jonge scheuten in het voorjaar af te knippen en in een glaasje water of direct in luchtige aarde te zetten. Zet ze eerst beschut neer, tot ze stevige wortels vormen. Op deze manier heb je elk jaar weer een kleurrijk tuinperk.

Veelgestelde vragen over lavatera planten wanneer

• Wanneer plant je lavatera het beste in de tuin? Lavatera plant je het beste in het voorjaar, vanaf eind april tot half mei, zodra er geen kans meer is op nachtvorst.
• Kan lavatera ook in een pot worden geplant? Ja, lavatera groeit ook goed in een ruime pot met goed doorlatende aarde, zolang de pot op een zonnige plek staat.
• Kun je lavatera uit zaad opkweken? Lavatera kan je zaaien vanaf maart binnenshuis. Na het kiemen en groeien mogen de jonge plantjes na half mei naar buiten.
• Is er speciale verzorging nodig na het planten van lavatera? Na het planten heeft lavatera regelmatig water nodig, zeker bij droogte. Uitgebloeide bloemen kunnen weggehaald worden voor langere bloei.
• Hoe lang bloeit lavatera in de tuin? Lavatera gaat bloeien vanaf begin zomer tot in het najaar, soms wel tot aan de eerste vorst. De plant blijft dus maandenlang kleur geven.

Roos stekken is een fijne manier om zelf nieuwe rozenplanten te maken. Dit betekent dat je een stukje van een bestaande rozenstruik gebruikt en die laat uitgroeien tot een nieuwe plant. Veel mensen vinden het bijzonder om op deze manier hun favoriete roos te vermeerderen. Je hoeft niet veel ervaring te hebben om hiermee aan de slag te gaan. Het is leuk, leerzaam en je hebt er weinig spullen voor nodig.

De beste tijd om een roos te vermeerderen

Een goede periode voor het stekken van rozen is de zomer, vooral in juni, juli of augustus. Dan groeien de meeste struiken volop en zijn ze sterk. Je neemt dan een jonge, stevige tak die dat jaar gegroeid is. Zulke takken heten halfhoutige scheuten. Ze breken niet direct, maar zijn toch niet zo hard als het oude hout. In het najaar groeit de nieuwe rozenplant waarschijnlijk al kleine worteltjes. Sommige mensen nemen ook wel eens in het vroege voorjaar een stek, maar meestal lukt het beter in de zomer.

Zo pak je het stekken van rozen aan

Om een roos te stekken, zoek je eerst een gezonde tak uit. Gebruik een scherpe en schone snoeischaar. Knip de stengel recht net onder een blad af, dat wordt de onderkant van de stek. Ongeveer tien tot vijftien centimeter is een goed formaat. Knip de bovenkant schuin net boven een blad. Het is handig om de onderste blaadjes te verwijderen, zodat de stek geen energie hieraan kwijt is. Laat bovenaan twee blaadjes zitten. Het onderste stuk van de tak steek je enkele centimeters in vochtige stekgrond of gewone potgrond. Druk de aarde stevig aan en geef water. Zet de stek niet in de felle zon, maar op een lichte plek uit de wind. Het helpt als je er een plastic zakje of een kapje overheen zet om de lucht vochtig te houden.

De verzorging van je nieuwe roos

Laat de stekjes goed vochtig blijven, maar voorkom dat ze nat worden. Eens per paar dagen kun je even kijken of de aarde nog vochtig aanvoelt. Te veel water kan ervoor zorgen dat het stukje gaat rotten. Na enkele weken tot maanden vormen zich worteltjes. Je merkt dit als er bovenaan fris nieuw blad groeit. Dan kan de plastic kap eraf. Laat de jonge plant in het begin buiten de wind en uit de felle zon. In het voorjaar kun je het stekje voorzichtig uit het potje halen en op de definitieve plek in de tuin zetten. Gebruik hier losse, voedzame aarde voor. Daarna geef je wat extra water zodat de wortels goed aan kunnen slaan.

Hulp bij het laten slagen van je stek

Het stekken van rozen gaat niet altijd in één keer goed. Soms droogt de stek uit of vormt deze geen wortels. Om meer kans te maken, kun je meerdere stukjes van de struik nemen en tegelijk inpoten. Ook kun je wat stekpoeder gebruiken om het onderste deel van de tak in te dopen. Hierdoor kunnen sneller wortels groeien. Zorg ook altijd dat je stekmateriaal schoon en scherp is, dan beschadig je het struikje zo min mogelijk. Kies altijd een gezonde, sterke moederplant uit. Planten die er slap of ziek uitzien geven bijna geen goede nieuwe rozen.

Veelgestelde vragen over roos stekken

Hoe lang duurt het voordat een rozenstek wortels krijgt?
Het duurt meestal enkele weken tot een paar maanden voordat een stekje van een roos wortels krijgt. Je ziet dan nieuw blad bovenaan verschijnen. Het proces gaat vaak sneller in de zomer.

Kan ik rozentakken ook direct in de volle grond steken?
Een rozentak kun je direct in de volle grond steken, maar de kans op succes is dan minder groot. In potgrond of in een potje binnen is het vaak makkelijker om de vochtigheid te regelen.

Heb ik speciale stekgrond nodig voor het maken van een nieuwe roos?
Speciaal gemaakte stekgrond helpt, maar gewone potgrond met wat extra zand werkt meestal ook goed. Belangrijk is dat de grond los en licht vochtig is, zodat er zuurstof bij de wortels kan komen.

Moet ik altijd plastic over mijn stekje doen?
Plastic over het stekje zorgt voor een vochtige omgeving. Hierdoor droogt het takje niet snel uit. Het is niet verplicht, maar het helpt vaak wel om sneller wortels te laten groeien.

Kan ik elke soort roos vermeerderen met deze methode?
De meeste tuinrozen kun je op deze manier vermeerderen. Sommige bijzondere soorten zijn moeilijker te stekken, vooral als ze op een speciale onderstam zijn geënt. Probeer het eerst met een gewone struikroos uit je tuin.

Wanneer kan ik de jonge roos in de tuin zetten?
De jonge rozenplant kun je in het voorjaar buiten zetten als het niet meer vriest en als hij genoeg wortels heeft. Wacht tot de plant stevig groeit en gezond nieuw blad heeft.

Bijzondere insecten zijn overal om ons heen, in het bos, in de tuin en soms zelfs in huis. Vaak zien we alleen de gewone soorten, zoals de bij, de mier of de vlinder. Toch leven er veel unieke en opvallende soorten op de aarde. Sommige vallen op door hun kleur, andere juist door hun vreemde vorm. Samen zorgen al deze dieren voor mooie verhalen en verrassingen in de natuur.

Kleurrijke juweeltjes in de insectenwereld

Insecten kunnen prachtige kleuren hebben. Er zijn kevers en wantsen die bijna licht lijken te geven, zoals de Indian Jewel bug. Dit diertje blinkt en glanst net als een sieraad en leeft vooral in delen van Azië. Ook zijn er vlinders, zoals de Morpho uit Zuid-Amerika, met vleugels die blauw schitteren. Kleur is bij deze dieren niet alleen mooi. Ze gebruiken hun opvallende uiterlijk vaak om soortgenoten te lokken of vijanden af te schrikken. De kleuren kunnen anderen waarschuwen dat ze giftig zijn, of dienen als camouflage zodat ze niet gezien worden door hun vijanden.

Vreemde vormen in de natuur

Niet alleen kleur maakt bijzondere insecten zo bijzonder. Sommige insecten hebben een hele aparte vorm of lichaamsdeel. Denk bijvoorbeeld aan de bochelcicade, die een soort helm op zijn rug heeft. Die ‘bochel’ helpt om zich te verstoppen tussen bladeren en takjes. Er bestaan ook insecten die eruitzien als takjes of bladeren, zoals de wandelende tak en de wandelend blad. Op die manier worden ze bijna niet opgemerkt door andere dieren die hen willen vangen. Daarnaast zijn er vliegen met ogen die bijna net zo groot zijn als hun lichaam, of kevers met lange voelsprieten die langer zijn dan het insect zelf.

Bijzondere gewoontes en slimme trucjes

Sommige insecten leven op een manier die je niet snel zou verwachten. De mestkever rolt mestballen weg voor zijn larven om in te groeien. Het vuurvliegje maakt licht in het donker om een partner te vinden. Bijen vertellen elkaar waar bloemen staan met een dans. Bladluizen kunnen melk produceren voor mieren, zodat deze hen in ruil daarvoor beschermen. Elk soort heeft zijn eigen overlevingstrucjes. Hierdoor kunnen veel soorten zich goed aanpassen aan hun omgeving en verschillen ze van andere dieren.

Waarom bijzondere insecten belangrijk zijn

Ongewone soorten hebben vaak een grote waarde voor natuur en mens. Veel insecten zijn onmisbaar voor het bestuiven van bloemen en het verspreiden van zaden. Zonder insecten groeien er bijna geen vruchten of groenten. De larven van sommige soorten breken dode planten af, zodat de bodem vruchtbaar blijft. Er bestaan ook insecten die schadelijke plagen bestrijden door andere kleine dieren op te eten. Wetenschappers leren van deze dieren en gebruiken hun trucjes soms bij het maken van nieuwe uitvindingen. Denk bijvoorbeeld aan kleuren in kleding, geïnspireerd op vlindervleugels, of aan waterafstotende lagen op ramen naar het voorbeeld van bepaalde kevers.

Meest gestelde vragen over bijzondere insecten

• Waar kun je bijzondere insecten het beste zien?
• Waarom hebben sommige insecten zo felle kleuren?
• Hoe beschermen bijzondere insecten zichzelf?
• Komen alle bijzondere insecten alleen in het buitenland voor?
• Welke rol spelen bijzondere insecten in de natuur?